We krijgen veel vragen van de deelnemende muziekverenigingen over de muziek die Bart aan het maken is. Over de liedjes die hij gebruikt, over de stijl en hoe de liedjes zich verhouden tot het spel. Hierbij meer informatie over de muziek en de compositie.
De muziek in de muziektheatervoorstelling is een mix van verschillende invloeden en stijlen. Het begin is een Ennio Morricone-achtige ouverture waarin de beginmelodie van het refrein Bloementjesgordijn is verwerkt maar niet dusdanig wordt herkend, omdat het traag is en in een mineur i.p.v. majeur toonsoort. De ouverture spelen we met alle muzikanten gezamenlijk.
Er worden tevens twee liederen van Wim Kersten gebruikt in de voorstelling, het al eerder genoemde Bloementjesgordijn en Bij ons staat op de Keukendeur, soms in zijn oorspronkelijke hoedanigheid, soms op een andere wijze. Net zoals La Bamba en twee liedjes van Björn van der Doelen: IJdelheid en Bendemal. Ook heeft Bart zelf nog een lied gecomponeerd voor de twee jonge acteurs.
Belangrijk is het besef dat Eldorado een muziektheater-voorstelling is en geen musical. Het grote verschil is dat bij een musical het verhaal wordt verteld door de liedjes en daar omheen vaak een flinterdun verhaal. Bij muziektheater vertellen de tekst, het spel en de muziek samen het verhaal. De liedjes met de muziek duiden de tekst. Deze zorgen ervoor dat wat er wordt verteld nog meer, nog beter invoelbaar is.
Om de vaart in de voorstelling te houden zijn het meestal korte(re) interferenties. Niet hele liedjes maar bijvoorbeeld het refrein of een couplet en refrein. Soms nodigen we het publiek uit om mee te zingen. In de finale pakken we met zijn allen, koor, orkest en acteurs volledig uit. Net als de ouverture.
Een boerenfamilie in financiële nood zoekt een uitweg binnen de hedendaagse context. Een levensverwoestende fout ligt op de loer… en dat in een lichtvoetig, muzikaal, op tijd schurend verhaal. Losjes gebaseerd op een CDA bestuurder die vorig jaar veroordeeld is omdat hij een mega-drugslab had in zijn ene schuur terwijl hij zijn andere schuur beschikbaar stelde aan carnavalsvereniging ‘De Lolmakers’.